2. God zij ons genadig en zegene ons; Hij doe Zijn aanschijn aan ons lichten. Sela. 3. Opdat men op de aarde Uw weg kenne, onder alle heidenen Uw heil.
3. Aan welke Hij ook, nadat Hij geleden had, Zichzelven levend vertoond heeft, met vele gewisse kentekenen, veertig dagen lang, zijnde van hen gezien, en sprekende van de dingen die…
11. En als zij heengingen, zie, enigen van de wacht kwamen in de stad en boodschapten den overpriesters al de dingen die geschied waren. 12. En zij vergaderd zijnde met…
1. Uw hart worde niet ontroerd; gijlieden gelooft in God, gelooft ook in Mij. 2. In het huis Mijns Vaders zijn vele woningen; anderszins zo zou Ik het u gezegd…
7. Toen sprak de HEERE tot Mozes: Ga heen, klim af, want uw volk dat gij uit Egypteland opgevoerd hebt, heeft het verdorven.8. En zij zijn haast afgeweken van den…
1. Toen het volk zag dat Mozes vertoog van den berg af te komen, zo verzamelde zich het volk tot Aäron en zij zeiden tot hem: Sta op, maak ons…
Predikant: Ds. A.I. Kazen | 23. Wie met Mij niet is, die is tegen Mij; en wie met Mij niet vergadert, die verstrooit.
Predikant: Ds. A.I. Kazen | 31. Maar die den HEERE verwachten, zullen de kracht vernieuwen; zij zullen opvaren met vleugelen, gelijk de arenden, zij zullen lopen en niet moede worden,…