14. Gelijk een kraan of zwaluw, alzo piepte ik, ik kirde als een duif; mijn ogen verhieven zich omhoog; o HEERE, ik word onderdrukt, wees Gij mijn Borg.
11. Want de zaligmakende genade Gods is verschenen aan alle mensen, 12. En onderwijst ons dat wij de goddeloosheid en de wereldse begeerlijkheden verzakende, matiglijk en rechtvaardiglijk en godzaliglijk leven…
30. Jezus dan heeft nog wel vele andere tekenen in de tegenwoordigheid Zijner discipelen gedaan, die niet zijn geschreven in dit boek; 31. Maar deze zijn geschreven, opdat gij gelooft…