Psalm 51:15-21
15. Zo zal ik den overtreders Uw wegen leren; en de zondaars zullen zich tot U bekeren.
16. Verlos mij van bloedschulden, o God, Gij God mijns heils, zo zal mijn tong Uw gerechtigheid vrolijk roemen.
17. Heere, open mijn lippen, zo zal mijn mond Uw lof verkondigen.
18. Want Gij hebt geen lust tot offerande, anders zou ik ze geven; in brandoffers hebt Gij geen behagen.
19. De offeranden Gods zijn een gebroken geest; een gebroken en verslagen hart zult Gij, o God, niet verachten.
20. Doe wel bij Sion naar Uw welbehagen, bouw de muren van Jeruzalem op.
21. Dan zult Gij lust hebben aan de offeranden der gerechtigheid, aan brandoffer en een offer dat gans verteerd wordt; dan zullen zij varren offeren op Uw altaar.