11 april 2021

Lukas 24:1-12

Predikant:

1. En op den eersten dag der week, zeer vroeg in den morgenstond, gingen zij naar het graf, dragende de specerijen die zij bereid hadden, en sommigen met haar.
2. En zij vonden den steen afgewenteld van het graf.
3. En ingegaan zijnde, vonden zij het lichaam van den Heere Jezus niet.
4. En het geschiedde als zij daarover twijfelmoedig waren, zie, twee mannen stonden bij haar in blinkende klederen.
5. En als zij zeer bevreesd werden en het aangezicht naar de aarde neigden, zeiden zij tot haar: Wat zoekt gij den Levende bij de doden?
6. Hij is hier niet, maar Hij is opgestaan. Gedenkt hoe Hij tot u gesproken heeft, als Hij nog in Galiléa was,
7. Zeggende: De Zoon des mensen moet overgeleverd worden in de handen der zondige mensen, en gekruisigd worden, en ten derden dage weder opstaan.
8. En zij werden indachtig Zijn woorden.
9. En wedergekeerd zijnde van het graf, boodschapten zij al deze dingen aan de elve en aan al de anderen.
10. En dezen waren Maria Magdaléna, en Johanna, en Maria, de moeder van Jakobus, en de anderen met haar, die dit tot de apostelen zeiden.
11. En haar woorden schenen voor hen als ijdel geklap, en zij geloofden haar niet.
12. Doch Petrus opstaande, liep tot het graf, en nederbukkende, zag hij de linnen doeken liggende alleen, en ging weg, zich verwonderende bij zichzelven over hetgeen geschied was.